Zoeken
Verdieping: Efficiënt omgaan met stikstof
6 december 2019
Verdieping | Stikstof
Stikstof is in de landbouw een onmisbaar mineraal. Er moet tegelijkertijd worden voorkomen dat te veel stikstof in het milieu terechtkomt. Door grondgebondenheid, lokale kringlopen en lokale veevoerproductie kan het stikstofverlies naar het milieu worden verlaagd.
Lees ook het verdiepingsartikel over Koolstof, CO2 en organische stof, klik hier!
De plantengroei, en daarmee de gewasopbrengst, reageert sterk op stikstof. Helaas reageren wilde planten in natuurgebieden hier ook sterk op. Bij een te hoge stikstofdepositie neemt de biodiversiteit in de natuur daardoor af. Het is voor de landbouw dan ook belangrijk om efficiënt met stikstof om te gaan. De aan- en afvoer van stikstof moet binnen het bedrijf zoveel mogelijk in balans zijn.
Het doel is om met de minste milieuverliezen toch een goede voedselproductie te bewerkstelligen. Dat is kern van natuurinclusieve landbouw.
Stikstof in de (kringloop)landbouw
In de kringlooplandbouw gaat de meeste stikstof steeds in een cyclus rond op het bedrijf. Dieren eten voer dat op het eigen bedrijf geteeld is. Vervolgens wordt de mest van deze dieren uitgereden op het eigen land en vervolgens kan hier weer nieuwe voer worden geteeld.
Om in balans te zijn moet de mest terug naar de grond waar het voer heeft gegroeid. Op deze manier wordt de bodem niet uitgeput en kan op een duurzame manier voedsel worden geproduceerd met minder externe input van stikstof.
Doorbroken kringloop
De kringlopen worden nog te vaak (deels) doorbroken. Dat komt bijvoorbeeld doordat er veevoer van buiten het eigen bedrijf wordt gebruikt, zoals bij de import van veevoer uit het buitenland. Het blijkt dan moeilijk om de mest terug te krijgen naar het land waar het voer is geteeld, vanwege de grote volumes mest. De bodem raakt uitgeput door het telen van voer (in het buitenland) en de ophoping van mest in Nederland. Er is hierdoor geen sprake meer van een gesloten kringloop, maar van een lijnstructuur van mineralenstromen waaronder stikstof.
Natuurinclusieve landbouw
Het probleem met stikstof is mede ontstaan door een te grote uitstoot van ammoniak uit de dierlijke sectoren. De landbouw neemt als gehele sector ook veel stikstof op. Ammoniak dat neerslaat op landbouwgrond kan worden gebruikt voor de teelt van gewassen.
De grondgebonden veehouderij (vaak melkvee) verliest een deel van de stikstof door ammoniakvorming, maar neemt ook een deel van die stikstof zelf weer op. Bijvoorbeeld op de gronden in de buurt, waar een deel van deze ammoniak neerslaat en wordt gebruikt voor de teelt.
De intensievere veehouderij die niet grondgebonden is, verliest alleen maar. Zij hebben niet de opname van stikstof via de bodem. Om de opname van stikstof door landbouwgrond vast te stellen, moet er gekeken worden naar de sector en de hoeveelheid grond die deze heeft.
Stikstof komt het agrarische bedrijf binnen via:
- (Kunst)mest
- Veevoer
- Binding door vlinderbloemige, zoals klavers
Stikstof verlaat het agrarische bedrijf via:
- Alle producten die de boerderij verlaten zoals aardappelen, groente, fruit, vlees, melk, etc.
- Uitstoot van gas als ammoniak en uitspoeling naar grondwater als nitraat
- Vastlegging van stikstof, samen met koolstof, in de bodem in de vorm van organische stof