Zoeken
Bio-boer Eric Lamers: “Minder dieren, meer boeren”
13 oktober 2021
Bio-boer Eric Lamers: “Minder dieren, meer boeren”
Agrarisch ondernemer Eric Lamers (46) denkt graag buiten bestaande kaders. Hij heeft een gemengd bedrijf in een modern jasje, zo combineert hij landbouw, natuur en zorg.
Eric is lid van het Netwerk Goed Boeren en zette de afgelopen 25 jaar grote veranderingen door. Het gemengde bedrijf van zijn ouders in Vierlingsbeek (koeien, varkens, akkerbouw) werd al snel een biologisch melkveebedrijf (70 melkkoeien, 50 stuks jongvee, 85 ha land waarvan 52 ha in eigendom).
Veel collega’s zouden het daarbij laten, maar Eric zag de toekomst anders. Als creatieve ondernemer ziet hij kansen die niet zo voor de hand liggen. Hij kocht 11 jaar geleden nog een boerderij aan, de Schutkooi.
Boeren in beschermd Maasheggengebied
De Schutkooi ligt op een zanderige terp in de uiterwaarden in de buurt van Boxmeer. De boerderij staat midden in het beschermde Maasheggengebied, een paar kilometer van zijn bedrijf in Vierlingsbeek. Het was een boerderij van 40 ha zonder conventionele uitbreidingsmogelijkheden: een oude stal, wat stacaravans voor de verhuur en een fietsroute naast het erf. Een bedrijf met mogelijkheden, dacht Eric. En die bleken er inderdaad volop te zijn.
Het begon 25 jaar geleden, toen de familie met de toenmalige Dienst Landelijk Gebied (DLG) een beheersovereenkomst afsloot voor 7 ha. Dat wakkerde bij Eric al snel de interesse voor biologisch boeren aan, en 21 jaar geleden schakelde het bedrijf om. Voor biologisch boeren had hij wel extra grond nodig. Hij werd uiteindelijk pachter bij Staatsbosbeheer.
Toen zou de Schutkooi vrijkomen, midden in het gebied van Staatsbosbeheer. In Vierlingsbeek ziet hij de volgende generatie niet meer boeren. In de Schutkooi wel, maar dan met een hele andere aanpak. Kern van het bedrijf is de combinatie landbouw, natuur en zorg. Toch weer een gemengd bedrijf maar dan in een ander jasje, lacht hij. Serieuzer: “Die combinatie maakt het bedrijf krachtig.”
Agrarisch natuurbeheer en landschapsbeheer
Eric vindt dat de maatschappelijke functies die een boer kan uitoefenen worden onderschat. Boeren zouden minder gefocust moeten zijn op uitbreiding, en meer een rol moeten krijgen als gebiedsverzorger.
“Ik heb een heilig geloof: er moeten minder koeien komen en meer boeren. Daar kunnen we Nederland mee redden. Je kunt wel alsmaar uitbreiden en hier Polen aan het werk zetten, maar dan lever je nul toegevoegde waarde aan de maatschappij.”
De rol van gebiedsverzorger is breed, vindt Eric. Hij zou graag zien dat boeren veel meer ingezet worden voor agrarisch natuurbeheer en landschapsbeheer. Een mooi gebied levert de hele omgeving inkomsten op. En ook in de zorg kun je als agrariër wat betekenen.
Een moeilijk lopende dame schuifelt voorbij. “Hé Gerda, hoe is het?” Eric wijst op de bedrijfsgebouwen die hij verhuurt. Er is een bedrijf dat dagbesteding verzorgt, er is een bedrijf voor meditatieve coaching, en er is een gebouw met horeca voor de recreatieve fietser en feestelijke gelegenheden. De oude stacaravans heeft hij vervangen door houten tiny houses, te huren via Natuurhuisje.nl.
“Het loopt als een speer. Maak je een gebied mooi, dan komen de mensen.”
Kapelletje en vlinderroute
“Het is een prachtig gebied, maar het kost wel klauwen met geld om te onderhouden. Dat ziet de consument niet. Het is daarom heel belangrijk dat we over het gebied en het werk dat gedaan wordt vertellen.”
De directe omgeving van de Schutkooi heeft veel kleine extra’s die erg gewaardeerd worden door de passanten. Een toerist die overnacht in één van de tiny houses leest het verhaal van de omgekomen parachutist, een paar fietsers stappen af bij het kapelletje.
“Dat kapelletje is een idee van mijn vader. Ik had er eerst niet zulke hoge verwachtingen van, maar het blijkt dat er heel veel mensen voor stoppen.”
Naar beneden lopend vanaf de terp vliegen de vlinders op: “Dat zijn zandoogjes, we hebben samen met de Vlinderstichting een vlinderroute aangelegd.”
Goede mest is kostbaar
Lopend vanaf de terp de uiterwaarden in, wijst hij aan: “Kijk, dit is klare zandgrond, daar zie je duizendblad. In de zomer staat hier niks, maar hier gaan we niet bemesten. Maar hier heb je vette grond, kijk daar zie je de boterbloemen en de klaver al verschijnen.”
Als het aan Eric lag zou er wat meer stalmest op de grond in de uiterwaarden komen. Dat levert eiwitrijker en smakelijker gras op, waardoor het meer waarde heeft voor de koeien. En het is goed voor het bodemleven.
In de vernieuwde, maar niet vergrote stal wijst Eric op de scheiding van de mest: de dikke mest wordt van de roosters af naar buiten gewerkt en alleen de urine loopt door, waardoor er alleen heel dunne mest in de gierkelder komt. De dunne mest rijdt hij later breedwerpig uit.
De ruige stalmest is belangrijk voor bodemverbetering en is heel erg gewenst in het gebied. “Goede stalmest is moeilijk te krijgen, maar een essentieel onderdeel van de kringloop op ons biologische bedrijf.”
Mobiele melkmachine
De agrarische bedrijfsvoering is helemaal aangepast aan de specifieke situatie in het Maasheggengebied. De koeien zijn een driewegkruising van Holstein MRIJ (1 op 4, voor de melk), Noors Roodbont (kleiner en goede lopers, noodzakelijk in het Maasheggengebied) en Fleckvieh (worden oud). Het voer verbouwt hij zelf. Zijn koeien krijgen voor 90% gras, en daarbij nog 10% mais (vanwege het aandeel Holstein) en hij koopt wat krachtvoer aan.
Eric gaat voor 7 duizend liter biologische melk per koe per jaar, op een aantal van 25 tot 40 koeien. Dat is ook voldoende, want het past binnen deze bedrijfsvoering en het gebied, vindt hij. Eric heeft volop ideeën hoe hij een hogere melkprijs kan krijgen. Afzet als streekproduct (‘Maasheggenmelk’), of via een melktap bij de lokale supermarkt voor verkoop rechtstreeks aan de consument. 1 euro per liter is haalbaar volgens Eric.
In Vierlingsbeek hebben zijn koeien een melkrobot, maar dat was voor de Schutkooi geen optie. Eric moest dus op zoek naar een rijdende melkmachine. Het resultaat: een Mobistar Field van Dairymaster. “We zijn heel Europa doorgereden om overal te kijken. Als we in het land gaan melken kan hier een 500 liter-tank op, waarna we de melk mee naar huis nemen.”
Voor elke plek een verdienmodel
Het verdienmodel is een vraag waar veel collega’s die natuurinclusief boeren mee worstelen. Eric is duidelijk: “Ik wil wel een heel goed inkomen halen.” Daar zit ook een duidelijke visie achter, want idealisme is te respecteren, vindt hij, maar als je uit idealisme geen levensvatbaar bedrijf achter kunt laten, is alles voor niets geweest.
Eric is realistisch: “Dit kun je niet overal doen. De Schutkooi is misschien een extreem voorbeeld, alles past hier helemaal. Wat wel kan: je moet op een andere manier gaan denken, je moet kijken: ‘waar zit mijn verdienmodel?’ Elke situatie is anders. Misschien zit je verdienmodel wel in het beroep van de buurman of in het dorp waar je tegenaan zit. In heggen die je kunt planten of in grond die je kunt afwaarderen.”
“De meeste erfbetreders hebben er belang bij om jou in een bepaald stramien te duwen, want dat is hún verdienmodel. Maar daar hoef je niet in mee te gaan.” Eric hecht veel waarde aan interactie met andere boeren: “Je kunt niet op een opleiding leren hoe je natuurinclusief moet boeren, dat moet je van elkaar leren. Elke plek is anders.”
Een pad zonder hobbels is het niet, geeft hij toe. Maar dat houdt Eric niet tegen: “Bij alle nieuwe dingen krijg je beren op de weg, maar als je daar niet mee om kunt gaan ben je geen ondernemer.”
Tags: